Vraag: Waarom gaan verder weg gelegen sterrenstelsels sneller weg?
Antwoord: Zoals je weet, breidt het heelal zich uit na de oerknal. Toen begon het uit te breiden, en hier zijn we dan, 13,7 miljard jaar later met een groeiend heelal.
De expansieve kracht van donkere energie versnelt de expansie zelfs nog sneller. Maar we nemen dat niet mee om de zaken nog complexer te maken.
Als we naar het heelal kijken, zien we sterrenstelsels zich steeds sneller van ons verwijderen. Hoe verder een sterrenstelsel is verwijderd, des te sneller beweegt het weg.
Om te begrijpen waarom dit gebeurt, ga je een ballon halen (of blaas je er een op). Zodra je het een beetje hebt opgeblazen, teken je een aantal stippen op het oppervlak van de ballon; sommige dichtbij en andere veel verder weg. Blaas dan de ballon verder op en kijk hoe de stippen van elkaar uitzetten.
Vanuit het perspectief van een willekeurige stip op het oppervlak van de ballon, breiden de nabijgelegen stippen niet te snel uit, misschien slechts een paar centimeter. Maar de stippen aan de andere kant van de ballon zijn behoorlijk ver weg. Het duurde even lang voordat alle stippen van positie veranderden, dus de verder weg gelegen stippen leken sneller te bewegen.
Zo werkt het met het heelal. Omdat de ruimte zelf uitbreidt, hoe verder een melkwegstelsel is, hoe sneller het lijkt te wijken.
Dank aan Cassandra voor de vraag.
